Het Romeinse Rijk staat in de 7e eeuw op instorten. Achter de Rijn en de Donau heerst onrust: de Hunnen rukken op vanuit Azië en drijven ondermeer de Goten, Vandalen, Saksen, Franken en Lombarden voor zich uit. Deze volken zoeken nieuw land en trekken massaal over de rivieren het Romeinse Rijk binnen. Ze dringen zelfs door tot in Noord Afrika, en Rome wordt meermaals geplunderd.
De spelers sturen de grote volksverhuizing, en proberen zoveel mogelijk invloed op de aanwezige volken te krijgen. Op gezette momenten vinden in provincies confrontaties tussen de aanwezige voken plaats, waarna een telling volgt die nog met speelkaarten beïnvloed kan worden. Na het behalen van punten verdwijnen minderheden en is de provincie gepacifeerd. De spannende invloedsrace wordt dan in andere delen van het Romeinse Rijk vervolgd.
|